Elke maand vertelt Nico Verbeek over de historie van Colombia. Gebeurtenissen die we niet mogen vergeten. Nico Verbeek plaatst deze in perspectief en combineert deze met de actualiteit van vandaag. Verbeek is auteur van onder andere: Zoektocht naar Pablo Escobar, Eigen Doelpunt, Íngrid Betancourt, de vrouw die president wilde worden, Het kartel van de Narcos en De wrekers van Medellín.V erbeek is woonachtig in Medellín. Ook geeft hij Nederlandse les aan Colombiaanse burgers die het examen voor inburgering-buitenland moeten doen.
Door: Nico Verbeek
Hoewel Pablo Escobar de naam heeft als grootste drugsbaron van de Colombiaanse geschiedenis, kan Colombiaanse drugsbaron Gonzalo Rodríguez Gacha, alias El Mexicano, ook aanspraak maken op die dubieuze eretitel. Officieus wordt hij gezien als de tweede man van het fameuze kartel van Medellín, al nam volgens insiders Escobar zelden een belangrijke beslissing zonder eerst zijn socio en vriend Rodríguez Gacha daarin te kennen. In 1988 werd hij in het tijdschrift Forbes genoemd als een van de rijkste mannen ter wereld.
Gacha werd in 1947 geboren in Pacho, Cundinamarca, en overleed dertig jaar geleden, op 15 december 1989, in een vuurgevecht met de politie in Tolú. Hij was van nederige afkomst, maar wist in de jaren zeventig en tachtig een geweldig fortuin te vergaren dankzij de handel van cocaïne naar de Verenigde Staten. Na de oprichting van het kartel van Medellín, rond 1976, werd hij door de autoriteiten beschouwd als de leider van de militaire vleugel van die organisatie. Hij was vooral zo sterk en ‘succesvol’ omdat hij een eigen paramilitaire organisatie achter zich had, bestaande uit lijfwachten en militair getrainde sicario’s.
Gacha speelde een belangrijke rol in de oprichting van de groepen van autodefensa, burgers die zich bewapenden om de guerrilla te bestrijden en het recht in eigen had namen. Ook had hij een groot aandeel in de uitroeiing van de Unión Patriótica, een linkse politieke partij van leden en voormalige leden van de guerrilla van de FARC in de jaren tachtig.
Gacha beantwoordde als geen andere Colombiaanse narco aan het stereotype van de nieuwe rijke, een persoon met een foute smaak in kleding, decoratie en finca’s en die ondanks zijn grote macht en immense fortuin, een verlegen plattelander was gebleven. Gacha had een voorliefde voor de Mexicaanse cultuur overgehouden aan een van zijn zakenreizen naar dat land en kleedde zich als een Mexicaanse cowboy. Het was ergens aan het einde van de jaren zestig dat Gonzalo Rodriguez Gacha zijn baan als ober in een restaurant in Bogotá opgaf en naar Muzo vertrok om zijn geluk te zoeken in de smaragdmijnen.
Gacha was afkomstig uit Pacho, een klein dorp in de provincie Cundinamarca, niet ver van de smaragdmijnen en net als zoveel anderen was hij op jonge leeftijd naar Bogotá vertrokken in de hoop op een beter leven.
Hij was opgegroeid in een arme boerenfamilie die de kost verdiende met het maken en verkopen van kaas. De baantjes die hij in zijn jeugd had waren van diverse aard, meestal in de agrarische sector: hij hielp bij de sinaasappeloogst, hij was paardenverzorger, koffieplukker en tenslotte werd hij ober in een bar. Een typisch geval van twaalf ambachten en dertien ongelukken.
Gacha had echter het gevoel dat zijn toekomst niet in het dorp Pacho lag en daarom spaarde hij wat geld op voor het kopen van een enkeltje Bogota. Toen hij begin 1968 met de bus naar Bogota vertrok, met slechts 12.000 pesos op zak, deed hij een plechtige belofte: hij zweerde alleen terug te keren naar Pacho als een rijk en machtig man. Liever stierf hij op weg naar de verwezenlijking van deze droom dan zijn oude leven weer op te pakken.
De eerste maanden dat Rodríguez Gacha in Bogota verbleef, waren buitengewoon hard. Hij woonde op een kamer bij streekgenoten uit Pacho, maar hij had geen werk en hij voelde zich een parasiet. Hij stond op het punt terug te keren naar zijn dorp en zijn dromen van grootheidswaanzin te vergeten. Door toeval raakte hij bevriend met personen die hem wisten te interesseren voor de smaragd-handel. Hij stak zich in de schulden en investeerde zijn laatste geld in een paar smaragd-splinters. Hoewel de transactie hem per saldo niet veel opleverde, gaf dit contact een belangrijke wending aan zijn leven. Het was het begin van Gacha’s betrokkenheid bij de wereld van de smaragden.
De man die zijn leven veranderde was Gilberto Molina, een van de belangrijkste smaragd-handelaren uit de Colombiaanse geschiedenis. De exploitatie en handel van de smaragden had zich altijd afgespeeld in een schemergebied tussen legaliteit en illegaliteit.
Molina was naar Bogota gekomen om personeel te ronselen voor de oorlog die hij en zijn bende voerden tegen de rivaliserende groep van El Ganso. Tot de uitverkorenen behoorde ook Rodríguez Gacha, die eindelijk een kans zag om aan zijn miserabele bestaan te ontsnappen. Met Gilberto Molina en enkele van zijn vrienden uit ‘de handel’ ging Gacha, pas 23 jaar oud, op weg naar de smaragdmijnen van Boyacá, waar hij in zijn jeugd zoveel over had horen vertellen. Gacha maakte zich voor zijn bazen verdienstelijk als matón (huurmoordenaar).
Na een tijdje keerde hij tijdelijk terug naar Bogota, waar hij een handel in tweedehands auto’s opzette. Via vrienden uit de smaragdwereld, kwam hij in contact met de marihuanahandel die voornamelijk was geconcentreerd aan de Atlantische kust.
Gacha begon zaken te doen met een van de machtigste clans uit La Guajira, het departement in het uiterste noordoosten van Colombia, waar een groot deel van de cannabisteelt en de marihuanahandel zich had geconcentreerd. Hij leerde de exportroutes van de marihuana kennen, routes die hij later zou gebruiken voor de verscheping van de veel lucratievere cocaïne. Gacha hield aan zijn verblijf aan de kust enkele nuttige contacten over. Via de Cubaan Luís García, alias Kojak, kwam hij in contact met Carlos Lehder, die bezig was een van de eilanden van de Bahama’s om te toveren tot een cocaïneparadijs. Gonzalo Rodríguez Gacha trad definitief binnen in de wereld van de cocaïnehandel.
Colombiaanse drugsbaron Gacha werd op 15 december 1989 door een Colombiaanse politiemacht uitgeschakeld in Tolú, een badplaats aan de noordelijke kust, samen met zijn zoon Fredy. Dat had hij te danken aan één van zijn eigen lijfwachten, Jorge Enrique Velásquez, alias El Navegante, een lid van het kartel van Cali dat zich had geïnfiltreerd in de organisatie van Gacha en die de politie op het spoor van de beruchte maffiabaas had gezet.
Nico Verbeek
– Colombiaans.nl
Over Nico
Nico woont in al vele jaren in Medellín. Hij geeft Nederlandse les aan Colombiaanse burgers en is schrijver. Hij schreef onder andere de boeken: Het kartel van de narcos, Eigen doelpunt en De wrekers van Medellín.
Reacties: info@colombiaans. nl
Volg ons op social media!
Wil je niets missen? Krijg jij geen genoeg van Colombia? Volg ons dan via onderstaande kanalen. Wil je als eerste een notificatie op jouw telefoon krijgen? Stuur ons dan een bericht en jouw nummer wordt toegevoegd aan onze database.
* Met het doorgeven van jouw nummer ga je akkoord dat we je gratis berichten via Whatsapp sturen die te maken hebben met Colombiaans.nl, onze diensten, advertenties en producten.
Verbeek schreef onder meer onderstaande boeken
Lees ook
» Alles over Simon Bolívar
» Geen tweede kans voor deze Colombiaanse narco
» Colombiaans.nl – exclusive Andrés Escobar – De Kronieken van een Heer
» Openingswedstrijd Copa America in teken van Andrés Escobar
» 22e sterfjaar van Andrés Escobar
» De moord op Colombiaanse minister Lara, vandaag 35 jaar geleden» Colombia en Venezuela, op de grens van oorlog… in 1987
» Honderd jaar Spaanse griep in Colombia
» Gabriel García Márquez en de bananenstaking
» Mijn naam is Juan Pablo alias Sebastián Marroquín, zoon van Pablo Escobar