Site pictogram Colombiaans.nl

Carlo’s column: De bus

Als Manuel zijn bus klaarmaakt voor een nieuwe werkdag, vraagt hij zich af wanneer hij zich eindelijk een nieuwe bus kan veroorloven? Samen met Pablo werkt hij met zijn bus op een route van de ene kant van Bogotá naar de andere kant.

Pablo zegt tegen hem: “Gelukkig geen mankementen.” Manuel: “Gelukkig niet, want onderdelen zijn voor deze bus moeilijk te krijgen”. Eens hoopt hij zich een nieuwe bus te kunnen veroorloven, want dan kan hij ook meteen de prijs omhoog gooien. Want hij moet van de overheid zich houden bedragen die overeenkomen met de staat en ouderdom van de bus. Dus hoe nieuwer de bus hoe meer hij kan vragen. Met een gerommel die aan de oude diesel-bussen van de jaren ‘80 en ‘90 in Nederland doen denken start hij de bus.

Als hij de straat op rijdt ziet hij één van zijn trouwe passagiers al staan. Hij remt zachtjes af en komt stotterend tot stilstand. De vrouw stapt in en zegt “bueñas”. Manuel en Pablo groeten terug. Ondertussen rekent ze af bij Pablo en de bus zet zich weer al stotterend in beweging. Pablo en Manuel zijn ondertussen weer zoals gewoonlijk in discussie over de oneerlijke situatie van het systeem hoe vergunningen worden gegeven aan nieuwe particuliere buschauffeurs.

Als ze gestamp horen op de vloer dan weten ze dat ze bij de volgende denkbeeldige halte moeten stoppen. Een bordje voorop de bus zegt waar ze naar toe gaan en welke prijs ze mogen vragen. Ze hebben qua passagiers alles al eens vervoerd, kippen (waarbij ze hopen dat die goed ingepakt zijn anders moeten ze alles weer schoon maken) tot hele huisraden. Niet kunnen, kennen ze niet.

Pablo hoopt door extra te werken nog eens bij de stadsdienst te kunnen gaan werken, de beroemde Transmilenio, maar daar moet hij nog goed voor sparen. Pablo droomt van die grote bus waarmee hij in dienst van een reisorganisatie tussen de grote steden van Colombia kan gaan uitvoeren.

Mobiele versie afsluiten