Site pictogram Colombiaans.nl

Alleen tegen de wereld

Door: Nico Verbeek

Dit het verhaal van natuurreservaat Cañon del Río Claro, niets minder dan het paradijs op aarde. Het bevindt zich in Puerto Triunfo, bekend van haciënda Napoles van Pablo Escobar, in de centrale bergrug van het Andesgebergte, op zo’n 150 km van Medellín.

De Río Claro, een kristalheldere rivier, loopt door een kloof van marmer midden door een ongerept tropisch oerwoud, waar je kunt genieten van prachtige bossen, exotische planten en kleurrijke vogels. In het natuurreservaat worden cabañas (‘hutjes’) verhuurd en kun je verschillende ecologisch verantwoorde activiteiten ondernemen, zoals raften over de rivier en een wandeling maken in een onderaardse grot om de zeldzame nachtvolgel Guácharo te bekijken. Wetenschappers hebben in dit reservaat ongeveer zestig nieuwe planten en twintig dierensoorten ontdekt.
Het natuurgebied is particulier bezit en privé-initiatief van één persoon: Juan Guillermo Garcés, een 65-jarige man uit Puerto Triunfo, die in 1970 begon met een ambitieus project om dit prachtige gebied van de ondergang te redden. Makkelijk was dat niet, niet alleen omdat destijds maar heel weinigen in Colombia geïnteresseerd waren in natuurbehoud, maar vooral ook door de geschiedenis van geweld in Río Claro en omstreken.

Een van de eerste jeugdherinneringen van Juan Guillermo Garcés is hoe hij samen me zijn vader moest vluchten voor de burgeroorlog in de jaren vijftig. Zijn vader was, net als de meeste boeren in de streek, een veeteler, die de oerwouden van het gebied kapten en afbrandden om er weiland van te maken. Toen Garcés 15 jaar oud was, werd zijn vader vermoord. Samen met zijn broer erfde hij het veeteeltbedrijf van zijn vader.

Twee gebeurtenissen veranderden zijn leven. Hij las het boek De Oorsprong der Soorten van Charles Darwin, waardoor hij gefascineerd raakte door biologie. En hij hoorde een verhaal van een boer uit de streek die zijn verbeelding in werking zette. Die boer vertelde over een jachtpartij en hoe hij, toen hij een jaguar achtervolgde, steeds dieper in het oerwoud doordrong en zo ‘per ongeluk’ in een aards paradijs terecht kwam. Een glasheldere rivier die door een kloof van puur marmer stroomde, dat glad was geworden van miljoenen jaren van wrijving. Garcés vergat dat verhaal nooit en stelde zich ten doel die plaats te vinden.
Het lukte, maar pas in 1968, toen een vriend hem op het spoor bracht door samen met hem in een helikopter over het gebied te vliegen. Daarna liep hij twee dagen door het oerwoud en vond de mysterieuze rivier, de Río Claro, de Heldere Rivier. Hij verkocht het veeteeltbedrijf van zijn vader en kocht met dat geld ongeveer 400 hectaren van het prachtige natuurgebied, om het te kunnen behouden en te voorkomen dat de bossen zouden worden gekapt en het marmer geëxploiteerd zou worden.

Aan het einde van de jaren tachtig begon de oorlog tussen Pablo Escobar en de paramilitairen van Magdalena Medio. Garcés was gedwongen een laag profiel te houden en kon zijn reservaat maar zelden bezoeken. In 1997 werd hij ontvoerd door het ELN (Nationaal Bevrijdingsleger), een van de guerrillagroeperingen in Colombia, die aan natuurbehoud helemaal geen boodschap hadden (en hebben). Hij zat een maand vast, maar wist te ontsnappen, maar de guerrilla bleef hem en zijn familie afpersen. Uiteindelijk wist hij met een guerrillacommandant te onderhandelen, maar vanaf dat moment werd hij door de paramilitairen tot vijand verklaard. Pas in 2005, toen de paramilitairen zich demobiliseerden en de guerrilla minder aanwezig was, kon Garcés definitief terugkeren naar ‘zijn’ natuurpark en het project nieuw leven inblazen. Vijanden en obstakels voor zijn project zijn er nog genoeg. De extensieve veeteelt, de mijnbouw (marmer), de cement-winning in de rivier en commerciële bosbouw, om er maar een paar te noemen.

Het dilemma ondervond ik zelf toen ik de afgelopen week een paar dagen in het natuurgebied verbleef, samen met mijn familie uit Nederland. We hadden net een prachtige tocht gemaakt over de rivier in een rubberen boot, soms over snelstromend, maar meestal over rustig water, wat ons in staat stelde de prachtige omgeving te bewonderen. Acht kilometer stroomafwaarts tilden we de boot uit het water en even later gingen we in een kleine truck, met de boot op een aanhangwagen, over de weg weer terug naar de ingang van het natuurreservaat. We konden echter nauwelijks vooruit komen, omdat vóór ons een stoet van luidruchtige vrachtwagens reed, de laadbak tot over de rand volgeladen met marmer, in een dikke walm van stof en zand. Dat marmer wordt op grote schaal gewonnen in de marmermijnen, die naast het natuurreservaat liggen, buiten de goede zorgen van Garcés en zijn medewerkers.
Hoewel de strijd voor het natuurbehoud niet makkelijk is, lijkt Juan Guillermo Garcés nog niet van plan om op te geven. Als ik hem later tegenkom in het reservaat, en hij me de doelstellingen van zijn project uitlegt, vertelt hij ook dat hij alweer een nieuw plan heeft bedacht. Hij wil tienduizend hectaren oerwoud kopen en dat toevoegen aan het bestaande reservaat, om het zo van de ondergang te redden. Zijn droom is dat bezoekers van het natuurreservaat wandelingen kunnen maken in een echt oerwoud en zo in contact kunnen komen met zijn flora en fauna.

Als het zover is, zal ik de eerste zijn om mee op pad te gaan.

Schaf hier de boeken van Nico Verbeek aan bij Bol.com

*Eerder verschenen in La Chispa

Mobiele versie afsluiten